Aangifteformulieren voor de bijzondere liquidatiereserve beschikbaar

In Archief by robert

Vanaf 1 oktober 2014 verhoogde de roerende voorheffing of personenbelasting op liquidatieboni van 10 % naar 25 %. Deze verhoging ging gepaard met een aantal overgangsregimes. Zo gold aanvankelijk een regime van interne vereffening voor reserves zoals die ten laatste op 31 maart 2013 waren goedgekeurd door de algemene vergadering van de betrokken vennootschap. Nadien heeft de wetgever het permanent regime van de liquidatiereserve ingevoerd, toepasbaar vanaf aanslagjaar 2015.

 

Aangezien er een leemte bestond tussen deze twee stelsels heeft de wetgever in de Programmawet van 10 augustus 2015 de figuur van de ‘bijzondere’ liquidatiereserve ingevoerd. Deze bijzondere liquidatiereserve kan worden aangelegd voor de bestaande belastbare reserves van de aanslagjaren 2013 en 2014, mits betaling van een anticipatieve heffing van 10%. De mogelijkheid om deze bijzondere liquidatiereserve aan te leggen bestaat enkel voor KMO vennootschappen. Als de vennootschap naderhand wordt ontbonden, dan kan de liquidatiereserve belastingvrij worden uitgekeerd. Als de vennootschap de liquidatiereserve uitkeert als dividend, dan is wel belasting verschuldigd. Die bedraagt 15 % bij een dividenduitkering binnen vijf jaar na reservering, en 5 % na ten minste vijf jaar.

 

Deze bijzondere liquidatiereserve wordt gevormd door het geheel of een gedeelte van de boekhoudkundige winst na belasting over te boeken naar één of meerdere afzonderlijke rekeningen van het passief. Via een KB van 18 september 2015 werden de aangifteformulieren voor de bijzondere liquidatiereserve beschikbaar. Snel zijn is de boodschap. De bijzondere aanslag moet uiterlijk op 30 november 2015 worden betaald voor de liquidatiereserve die wordt aangelegd uit de boekhoudkundige winst na belastingen van het boekjaar dat verbonden is aan het aanslagjaar 2013. De liquidatiereserve die wordt aangelegd uit de boekhoudkundige winst na belastingen van het boekjaar dat verbonden is aan het aanslagjaar 2014, moet uiterlijk op 30 november 2016 worden betaald. De datum van betaling van de heffing is van belang voor de indiening van de bijzondere aangifte: deze aangifte moet ten laatste op de datum van de betaling van de heffing worden ingediend bij de Administratie.