De Minister van Financiën en de Staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude lieten zich tot driemaal toe uit over de concrete toepassing van de antimisbruikbepaling in het raam van de successieplanning.
– Een handgift door een ouder aan zijn kinderen is geen misbruik (antwoord van de Minister op een vraag van mevr. K. Jadin en mevr. V. Wouters, Vr. & Antw. Kamer 2011-12, CRABV 53 Plen 089 dd. 31 mei 2012);
– Een gewone handgift wordt niet geviseerd. Maar als een handgift wordt gevolgd door een gesplitste aankoop van vastgoed waarbij de ouders het vruchtgebruik kopen en de kinderen de naakte eigendom, dan wordt de fictiebepaling van art. 9 W.Succ. “gefrustreerd” (en wordt het aangekochte goed toch volledig in volle eigendom belast in de nalatenschap van de ouders) (antwoord op de mondelinge vraag nr. 12355 van de heer Van Biesen dd. 19 juni 2012 (Beknopt Verslag, Com 517, p. 1-4);
– Ouders mogen op latere leeftijd een gift doen aan hun kinderen; ook het zogenaamde “duolegaat” is geen probleem (Parl. Hand. Senaat, 2011-12, Plen. 31 mei 2012, 5-61); een “duolegaat” is een legaat én aan verwanten of kennissen én aan een (laag belast) goed doel. Doordat het goede doel de last wordt opgelegd de (hoge) successierechten van de verwanten of kennissen te voldoen, wordt een belastingbesparing voor de verwanten en kennissen tot stand gebracht.
hits=8= / id=2053=