Nederlandse en Vlaamse lezers grijpen het liefst naar boeken uit hun eigen deel van het taalgebied. Dat blijkt uit een onderzoek van de Nederlandse Taalunie naar de aanwezigheid van diverse soorten literaire boeken in de boekhandel en de bibliotheek, op school en de leesclub. Ook in de gedrukte media gaat het voornamelijk over eigen auteurs.
Eind 2013 publiceerde de Nederlandse Taalunie over het literaire grensverkeer het rapport 1 + 1 = zelden 2, gebaseerd op deskresearch door bedrijfseconoom en boekenexpert Carlo Van Baelen. De vraag was of de taaleenheid tussen Nederland en Vlaanderen ook een gemeenschappelijke markt voor taalgebonden media en literaire boeken betekende. Het antwoord was negatief: Nederlanders en Vlamingen lezen elkaars kranten, tijdschriften en boeken (te) weinig.
In dit vervolgrapport, Begrensd literair grensverkeer, toetst Van Baelen nu zijn conclusies aan de praktijk en de actualiteit. Hij brengt de verspreiding van 75 Nederlandse en 75 Vlaamse boeken in kaart in zes gebruikscontexten: de boekhandel, de bibliotheek, de leesclub, de school, de auteurslezing en het literaire evenement. Daarnaast onderzoekt hij de aanwezigheid van de 150 titels in zeven informatieve contexten: onder andere in gedrukte en digitale media en in schoolboeken, leesbevorderingsacties en literaire prijzen.
Analyse van grensverkeer
Het aantal verschijningen in de media in de twee landen is vrij evenwichtig, maar het gebruik van de boeken over de landsgrens is dat niet. Zowel in de boekhandel als in de openbare bibliotheek kiest de lezer/koper in meerderheid voor de eigen auteurs. Dat is ook zo in de andere contexten. Het globale beeld van literaire titels van Nederlandse auteurs in Vlaanderen is iets gunstiger dan omgekeerd.
www.nieuwsbank.nl
hits=447=