In een vorige editie van de nieuwsbrief ben ik ingegaan op een uitspraak van Hof ’s-Hertogenbosch van 18 juni 2010. Het Hof besliste dat buitenlands belastingplichtigen die hun inkomen voor ten minste 90% verdienen in Nederland en niet in een van de drie betreffende jaren voor de fictieve binnenlandse belastingplicht hebben gekozen, toch in aanmerking kunnen komen voor de middelingsregeling.
De Nederlandse staatssecretaris heeft zich inmiddels neergelegd bij deze uitspraak en de wet hierop aangepast. In de gewijzigde bepaling is ook de voorwaarde opgenomen dat in alle jaren waarin niet gekozen is voor de fictieve binnenlandse belastingplicht, ten minste 90% van het wereldinkomen in Nederland aan de loon- of inkomstenbelasting onderworpen moet zijn. Inkomen waarover Nederland op basis van een belastingverdrag niet mag heffen, telt voor de bepaling van deze 90%-norm overigens niet mee.
hits=0= / id=1747=