Eind november publiceerde het Ministerie van Volksgezondheid (VWS) het Masterplan buitenland naar aanleding van de motie Buitenlandaspecten Zorgverzekeringswet (Zvw) van de Kamerleden Omtzigt en Heerts. De motie behandelt de positie van de Nederlanders in grensoverschrijdende situaties en welke oplossingen er werden voorgesteld.
Wij bekeken dit Masterplan van de Minister voor Volksgezondheid Ab Klink op de kostenberekening van de woonlandfactor en of er nieuwe feiten naar voren zijn gebracht.
De Zvw heeft gevolgen voor Nederlanders die in het buitenland wonen en in Nederland werken en voor Nederlandse pensioengerechtigden in het buitenland.
De woonlandfactor is gerelateerd aan de gemiddelde kosten voor medische zorg in het woonland en de bijdrage is een optelsom van de vaste bijdrage, de inkomensafhankelijke bijdrage en de AWBZ . Het Masterplan spreekt over hetzelfde zorgpakket in het woonland. Dat is in de meeste gevallen zo behalve dat de AWBZ in België niet bestaat en er dus wel voor betaald moet worden.
Zvw is niet complementair
De Minister is van mening dat de invoering van de Zvw en de Wet op de zorgstoeslag in het algemeen goed is verlopen. Hij vindt wel dat er snel duidelijkheid moet komen over de mogelijkheid van te voeren bezwaarprocedures door de betrokken burgers. Echter aan de verzoeken van de in het buitenland wonende Nederlanders, voor het uitbreiden dan wel beperken van de verzekeringsplicht (lees:keuzerecht) voor de Zvw, kan geen gehoor worden gegeven. Als argument wordt hier aangegeven: uitgangspunt voor de Zvw is risicosolidariteit. Het staat voor iedereen open en niemand mag zich aan de zorgverzekeringplicht onttrekken. De Zvw mag geen complementair karakter krijgen, waarbij als het ware van overheidswege een soort vangnetverzekering wordt aangeboden voor iedereen die zich niet zelfstandig op een andere wijze tegen ziektekosten heeft verzekerd. Daarmee zou worden teruggekeerd naar de sterk versnipperde situatie van voor de invoering van de Zvw en dat zou afbreuk doen aan de solidariteit die ten grondslag ligt aan de financiering van de AWBZ en de ZVW, aldus de Minister volgens het Masterplan.
Over het College voor Zorgverzekering (CVZ) zegt hij: De voorlichting is door een groot deel van de betrokkenen als onvoldoende ervaren. De uitvoering van de buitenlandwerkzaamheden door het CVZ, in de periode rond de invoering van de Zvw, zette CVZ te veel onder druk waardoor zaken niet zo zijn gelopen als wenselijk zou zijn geweest. De aanmelding van verdragsgerechtigden bij het CVZ ging samen met een groot aantal ingediende bezwaarschriften. Hierdoor is bij het CVZ een flinke werkachterstand ontstaan bij de toezending van de verdragsformulieren. De VWS Minister heeft nu een verbeterplan afgesproken met het CVZ en is van mening dat de buitenlandwerkzaamheden momenteel weer soepel verlopen. Naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van State bereidt hij een wetgeving voor om buiten twijfel te stellen dat het CVZ de enige bevoegde instantie is voor het instellen van bezwaar tegen de feitelijke vaststelling en inning van de verdragsbijdrage. Wel is de Minister van voornemens de administratieve procedure voor verdragsgerechtigden te verlichten. Aanmelding bij het CVZ zal in het vervolg ambsthalve verlopen zodat de betrokkenen daar verder geen rompslomp mee hebben.
Betere voorlichting aan grensarbeiders
Nederlanders die in het buitenland wonen en in Nederland werken vallen onder de sociale zekerheidswetgeving van het land waar zij werken. Zij zijn noch verzekerd voor de AWBZ noch verzekeringsplichtig voor de Zvw en moeten zich verzekeren bij een Nederlandse zorgverzekeraar. Wel hebben zij op grond van de Verordening en bilaterale verdragen recht op het Nederlandse pakket, ten laste van hun werkland. Zij kunnen zorg volgens de sociale ziektekostenverzekerings-wetgeving van hun woonland, inclusief eventuele daar geldende eigen bijdragen (woonlandpakket) krijgen. De tweede mogelijkheid is dat de betrokkenen op grond van hun Zvw-polis de medische kosten die zij in hun woonland maken, declareren bij hun Nederlandse zorgverzekeraar. De Zvw-verzekering heeft werelddekking en dat is doorgaans voldoende. Alleen wanneer men in bijvoorbeeld de Verenigde Staten woont, is een aanvullende verzekering noodzakelijk. Daar liggen de kosten veelal aanmerkelijk hoger dan in Nederland. Volgens de Minister is hiermee een situatie bereikt waarbij iedereen het inroepen van zorg in het buitenland zo kan inrichten als hij zelf wenst. Vanuit de betrokken categorie van personen zijn dan ook geen klachten vernomen, aldus het Masterplan. Wel wordt geconstateerd dat de verzekeraars meer bekendheid kunnen geven aan de onderwerpen als werelddekking en het nut van een aanvullende reisverzekering.
Kostenbalans inzake woonlandfactor
In het geval van België wordt er een schatting gemaakt van de zorgkosten van gepensioneerden. De gemiddelde bijdragen van de gepensioneerde Nederlander worden vergeleken met die van de gehele Nederlandse bevolking. In het Masterplan concludeert de Minister tot slot dat de kostenbalans voor verdragsgerechtigden niet alleen in absolute zin gunstig is uitgevallen maar ook in relatieve zin. Hierbij doelt hij op de kostenbalans voor Nederlanders in het buitenland in vergelijking met die van in Nederland woonachtige pensioengerechtigden. Hij voegt eraan toe dat de kostenbalans in de toekomst nog zal kunnen veranderen (lees: verhogen), door ontwikkelingen die thans onvoldoende zijn uitgekristalliseerd en in de berekeningen niet zijn meegenomen. Daarom kunnen er bij de vaststelling van de hoogte van de bijdrage van verdragsgerechtigden voor de komende jaren nadere afwegingen noodzakelijk zijn.
Veel NederBelgen hebben hier een andere mening over, wat valt te lezen op de website http://uitpandigen.nl/. Het is duidelijk dat de Stichting VNGB van verontruste Nederlanders in het Buitenland er niet voor niets is.
hits=29= / id=1578=