Rechtbank Breda heeft uitspraak gedaan over de vraag of Nederland de Belgische aanvullende gemeentebelasting en aanvullende agglomeratiebelasting (hierna: opcentiemen) moet vergoeden voor mensen die in België wonen en in Nederland werken.
Rechtbank Breda is duidelijk en zegt: nee.
Bestaande regelingen
De uitspraak van rechtbank Breda lijkt wellicht logisch. Echter, indien u bedenkt dat Nederland een compensatieregeling kent voor mensen die in Nederland wonen en in België werken om inkomensnadelen weg te halen en dat België met Duitsland afspraken heeft gemaakt die Duitsland verplichten het grootste deel van deze aanvullende heffing te betalen voor mensen die in België wonen en in Duitsland werken, dan zijn er aanknopingspunten op een positief resultaat.
Dit moet een in België wonende belastingambtenaar in actieve dienst bij de Nederlandse overheid ook hebben gedacht. Hij kreeg een Belgisch aanslagbiljet met daarop een bedrag van ongeveer 300 euro aan opcentiemen. Hij tekende hiertegen beroep aan in zowel België als Nederland. Deze heffing leidt immers tot dubbele belastingheffing en er is sprake van ongelijke behandeling is de algemene gedachte.
Intern Belgisch recht
De achtergrond van de heffing is gelegen in het interne Belgische recht. Ingevolge het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992 is het mogelijk dat België opcentiemen mag berekenen op de verschuldigde personenbelasting. Aangezien iemand die in het buitenland werkt geen personenbelasting betaalt, zijn er aanvullende bepalingen. Hierdoor worden inkomsten uit het buitenland ook al zijn deze vrijgesteld, in België onderworpen. De aanvullende belastingen mogen worden berekend op de belasting die in België verschuldigd zou zijn in het geval bedoelde inkomsten uit Belgische bronnen werden verkregen. De vestiging en de inning van de aanvullende belastingen worden toevertrouwd aan de Belgische belastingadministratie.
Verdrag tussen België en Nederland
Een verdrag wijst de belastingheffing over inkomstenbronnen toe aan België of Nederland.
De belastingheffing over de inkomsten waar ik het hier over heb, zijn toegewezen aan Nederland. Echter in artikel 24 van het protocol van het verdrag is opgenomen dat de Belgische aanvullende belastingen toch mogen worden berekend. Er is derhalve tijdens de verdragsonderhandelingen een voorbehoud gemaakt door België. Hierdoor ontstaat, gelet op de werking van het verdrag, een dubbele heffing.
Standpunt van grensarbeider
Naast dubbele heffing is er sprake van een ongelijke behandeling. Er is strijd met het EU-verdrag. De ambtenaar doet een beroep op twee bestaande regelingen die ieder op haar eigen wijze de aanvullende heffing kunnen beperken.
De eerste is een intern Nederlandse regeling die in het verdrag is opgenomen. De Nederlandse compensatieregeling verleent mensen die in Nederland wonen een compensatie voor de netto inkomensachteruitgang doordat zij in België werkzaam zijn. De tweede is een Duitse regeling. Deze regeling vloeit ook voort uit het verdrag tussen België en Duitsland. Inwoners van België die zijn onderworpen aan de Belgische aanvullende belastingen krijgen in Duitsland een vermindering van Duitse belasting van 8% indien zij in Duitsland werkzaam zijn.
Uitspraak Rechtbank
De Nederlandse regeling mag volgens het EU-verdrag niet-inwoners anders behandelen dan inwoners. Er is geen sprake van gelijke gevallen. Daarnaast is er volgens de rechtbank geen regeling in het EU-verdrag die noopt tot een compensatie, ondanks dat er voor belanghebbende sprake is van een belastingverhoging. Bovendien is het beperken van de compensatieregeling voor in Nederland wonende en in België werkende grensarbeiders niet onredelijk.
Nederland hoeft ook de compensatieregeling zoals België deze met Duitsland is overeengekomen niet toe te passen. Het belastingverdrag tussen België en Duitsland heeft alleen werking voor inwoners van de verdragsluitende partijen en dus niet Nederland.
Conclusie
Belanghebbende zal in Nederland weinig medewerking krijgen voor zijn standpunt. De regeling is gebaseerd op het interne recht van België. België heeft zich in de verdragsonderhandelingen met Nederland en Duitsland krachtig opgesteld. België mag de aanvullende belastingen berekenen. Nederland heeft voor haar inwoners de compensatieregeling in het leven geroepen en Duitsland vergoedt aan de inwoners van België de aanvullende belastingen.
Het is te hopen dat hij voor de Belgische rechter meer in zijn argumenten ziet. Ik kan hem en de vele anderen echter geen goede afloop garanderen.
hits=4= / id=1546=